Wat is duurzame energie?

Duurzame energie is steeds beschikbaar en benadeelt bij gebruik niet het (leef)milieu en de mogelijkheden voor toekomstige generaties. Voorbeelden van duurzame energie zijn bijvoorbeeld zonne-energie en windenergie. Dit zijn bronnen die nog vele jaren beschikbaar zijn (zie ook http://nl.wikipedia.org/wiki/Duurzame_energie).
De beschikbaarheid en het gebruik van energie heeft enorme invloed op de duurzaamheidsbalans. Zo biedt energiebesparing momenteel een geweldige verbetering van het milieu én een enorme opkikker voor de economie. Bovendien biedt de energiebesparing een meer dan welkome aanvulling van de huishoudportemonnee.
Verspilling van de beperkte hoeveelheid fossiele energie dient bestreden te worden.

Energiebesparing 

Verspilling van energie is niet meer acceptabel. Een effectieve energiebesparingsbijdrage is te leveren aan de specifieke doelstellingen van de EU/Rijksoverheid om tot een CO2 reductie te komen en het energieverbruik te verminderen. Een beperking met ten minste 20% ten opzichte van het referentiejaar 1990 is het ijkpunt in 2020 als opvolging van het Kyoto verdrag (zie ook de vervolgbesprekingen (december 2010 Cancun, Mexico)).
VIBA-Expo levert hieraan een bijdrage door: inrichten en in stand houden van een informatiecentrum, verzorgen van opleidingen en cursussen, houden van lezingen, meewerken aan energie manifestaties, uitgeven van publicaties, het monitoren van projecten, leveren van advies, meewerken aan conceptontwikkelingen, verrichten van haalbaarheidsstudies, second opinion voor bouwplannen.

Een leerzame handreiking 

De lezing van prof.dr.ir. Andy van den Dobbelsteen met “De bevrijding van fossiele energie” / “use your potential!” biedt veel inzicht en leerzame oplossingsgerichte handreikingen.

 In het VIBA-Café van 9 juni 2011 gaf prof.dr.ir. Andy van den Dobbelsteen een inspirerende lezing “De bevrijding van fossiele energie” (klik aan)).

In een vogelvlucht (met aansprekende voorbeelden):

  • positionering duurzaamheid en factoren die onzekere toekomst met zich  meebrengen,
  • mogelijke oplossingen voor
    • opwarming (van klimaatgevoelig naar klimaatrobust),
    • oprakende materialen (circulaire economie),
    • oprakende fossiele energie (alleen nog voor transitie gebruiken);
  • duurzame richtingen met slim en bioklimatisch ontwerpen met logische combinaties,
  • essentie aanpak bestaande bouw met een catalogus voor e-novatie.

Deze lezing is gebaseerd op de inaugurale rede van prof. Dobbelsteen (klik aan).

VIBA-Expo versterkt met voormalig IDET

IDET (voormalig Informatiecentrum Duurzame Energie Technieken) bracht extra kennis van duurzame technieken en energie-efficiëntie met zich mee. Het kennisinstituut VIBA-Expo was dan ook zeer content met IDET, dat eind 2011 opging in ons service-instituut. De slimme energietechnieken bieden vele mogelijkheden. Dat helpt bij het duurzamer maken van nieuwbouw en renovatie projecten, voor bijvoorbeeld woningbouwcorporatie, architect, projectontwikkelaar, gemeente, bouwadviseur of facilitair manager.

VIBA-Expo biedt onafhankelijk advies

In ons kennisinstituut krijgt u onafhankelijk advies. Advies over begrippen als emissieloos, energie-0, labelverbetering, energie in relatie tot MVO, klimaatneutraal, duurzaam zelf opwekken, enzovoorts, alsook over duurzame innovaties voor een brede markt en technieken en oplossingen die vandaag de dag toepasbaar en rendabel zijn.
Expo is zichtbaar en tastbaar
Zichtbaar en tastbaar zijn in VIBA-Expo apparatuur en installaties veelal werkend opgesteld. Zij geven een goed beeld van wat kan worden toegepast om de gewenste energie besparing, ambitie of duurzame doelstelling te behalen. Geselecteerde leveranciers exposeren de energie-efficiënte en duurzame oplossingen (duurzame technieken): warmtepompen (WP), mini-warmtekrachtkoppeling (WKK),   koude-warmteopslag (KWO), warmteterugwinning uit ventilatie en of water (WTW), elektriciteit leverende hoog rendementsketels (HRe), warmtepompboilers (WPB), vloer- gevel- plafondverwarming en andere laagtemperatuurafgifte systemen (LTS), zonne-energie (heatpipes (HP), zonnepanelen (PV), zonneboilers (ZB)), windenergie, actieve en actieve koelsystemen, meet- en regeltechniek (o.a. gebouwenbeheersystemen, domotica, display met opbrengst weergave zon- en windenergie, CO2-gestuurde ventilatie), energiezuinige verlichting (onder andere LED verlichting), zelf energie opwekken.

Kennisoverdracht

VIBA-Expo organiseert lezingen, cursussen, workshops,  informatie en samenwerkingsbijeenkomsten.

Lezingen worden gegeven voor bijvoorbeeld universiteiten, hogescholen en andere organisaties. Wilt u een lezing organiseren rond het thema duurzame energie, neem dan contact op.

Cursussen en Workshops georganiseerd voor onder andere architecten, facilitair managers, technisch directeuren rondom specifieke onderwerpen. Naast de energiezuinige en duurzame energieconcepten komen ook de uitgangspunten voor het duurzaam bouwen aan de orde. Ook wordt daarbij aandacht wordt geschonken aan financiering, subsidies en de mogelijkheden van outsourcing.De workshops worden specifiek samengesteld voor een doelgroep.

Informatiebijeenkomsten over speciale items. Voorbeelden hiervan zijn: toepassing van domotica in zorgwoningen, levensloopbestendig wonen, energiezuinige circulatiepompen, legionella vrij warmtapwater, gevel en dak integratie van zonnepanelen, de toepassingsmogelijkheden van de lucht/water warmtepomp bij renovatie in bestaande bouw, herbestemming van kantoorpanden, led verlichting, slim energiezuinig schakelen, warmteterugwinning uit de ventilatielucht, kleine windturbines, toepassingsmogelijkheden van de (mini) WKK in zorgcentra en sportinstellingen, etcetera.

Nauwe samenwerking 
Voor zowel de workshops als voor de informatie bijeenkomsten wordt nauw samengewerkt met kennisinstituten, brancheverenigingen en de overheid. VIBA-Expo heeft een breed netwerk en beschikt over veel kennis en ervaring op vrijwel alle terreinen waar het gaat om energiezuinige en duurzame technieken en concepten. VIBA-Expo kan behulpzaam zijn bij het (laten) verrichten van energieonderzoeken en haalbaarheidsstudies (onder meer energievisie, energiebeleidsplan, energie QuickScan, EPA, CO2 reductieplan). VIBA-Expo heeft ook kennis in huis over subsidies, financiering en ‘outsourcen’. De kennis kan soms noodzakelijk zijn om investeringen in duurzame energietechnieken mogelijk of haalbaar te maken.

Doelgroepen

Allen die betrokken zijn bij besluitvorming over energie, duurzaam en betaalbaar bouwen en renoveren, energie besparen c.q. label verbetering, emissie reduceren en zelf duurzaam opwekken, zoals: architecten, stedenbouwkundigen, gemeenten (in het kader van stedelijke ontwikkeling, bouwplantoetsing, en naleving van het Activiteitenbesluit, projectontwikkelaars, coördinatoren van bedrijfsterreinen, woningcorporaties, bouwkundige en technische adviseurs, facilitaire managers, vastgoed managers, woningbouwcorporaties, directies van zorginstellingen (inclusief zorgwoningen), directies van scholen, verenigingen van eigenaren.
Meer dan in het verleden is de functie van een gebouw of woning conceptueel te benaderen.
Voorbeelden naar doelgroepen die zo’n aandacht vragen.
Utiliteit:  gemengde functie van wonen en werken, tijdelijke functies met flexibele aanpassing.
Wonen:  starters, senioren, sociale woningbouw, tweeverdieners, doorstromers
Anders:   kosteneffectief, levensloopbestendig, flexibel, emissieloos, optimaal binnenklimaat.

Achitecten en Adviseurs

In het ontwerpproces zal vroeger of later het effect van de EPC/EPG een factor van betekenis zijn. Een extra accent wordt gelegd op de bouwfysica, zoals isolatie, mate van kierdichting en de keuze van glas of het aantal m² glas. Het zijn factoren die het ontwerp aanzienlijk kunnen beïnvloeden. Het is mogelijk om met een juiste keuze van de techniek voor verwarmen, koelen, ventileren, zelfs verlichting of deels duurzaam zelf opwekken een oplossing aan te dragen waarmee zonder meer aan de eisen van de EPN/EPC kan worden voldaan.
Een meer duurzaam ontwerp, een emissieloos concept, volledig zelfvoorzienend?…
Met name bij de wat meer complexere bouwprojecten wordt voor het vertalen van de plannen en het Programma van Eisen (PvE) beroep gedaan op een adviseur. Vanuit de opgedane ervaring kan de adviseur een opdrachtgever op adequate wijze door het hele bouwproces leiden. Vanaf het eerste idee voor nieuw- of verbouw tot aan de oplevering.
Inmiddels is in een aantal projecten goede ervaring opgedaan met duurzame concepten. De berekeningen zijn gemaakt en getoetst aan de praktijk.
In de praktijk blijken interessante combinaties mogelijk. Kosteneffectief kan inhouden het kiezen voor een enkelvoudige energie-infrastructuur. Het gebouw of de woning wordt dan volledig gebaseerd op het gebruik van elektriciteit. Voor de projectontwikkelaar zal zich dit vertalen in een lagere investering in de energie-infrastructuur, immers de gasleiding hoeft niet te worden aangelegd. De gebruiker zal geen gasaansluitkosten betalen, in de woning of het gebouw zal geen emissie ontstaan, want alles werkt op elektriciteit.
De keuze kan ook worden gemaakt voor “groene stroom” waarbij het geheel emissieloos is. De flexibiliteit wordt gediend doordat elektrische apparatuur niet kritisch is voor wat betreft de opstelling en de vraag hoe in de toekomst de energievraag wordt ingevuld volledig open laat. Hoe de elektriciteit door het energiebedrijf wordt opgewekt, met gasgestookte installaties, met wind, brandstofcellen, of …? Het heeft geen invloed op de huis- en of woninginstallatie.

Voor de architect/adviseurs het van wezenlijk belang dat over kennis en ervaring kan worden beschikt om de opdrachtgever optimaal bij te staan. Service-instituut VIBA-Expo houdt regelmatig specifieke workshops waarbij adviseurs worden geïnformeerd over nieuwe energiezuinige en duurzame, maar bovenal functionele technieken. Ook de toepassing van die technieken in haalbare concepten komt daarbij ruim aan de orde. Daarbij wordt nader ingegaan op de specifieke afwegingen zoals een volledig collectief systeem, of individueel, de kostenstructuur, het eigendom, de mogelijkheden van subsidies en financiering.

Woningbouwcorporaties

De woningbouwcorporatie heeft in de Nederlandse woningbouw een specifieke verantwoordelijkheid. Vooral de verantwoordelijkheid om voor een betaalbare woningvoorraad te zorgen weegt daarbij zwaar. Vele steden en dorpen hebben hun “gezicht“ te danken aan de keuzes die in het verleden zijn gemaakt. Met haar kennis en ervaring van de markt en haar doelgroepen zal de corporatie de marktontwikkelingen moeten inschatten. De verleiding is daarbij groot om terug te vallen op bekende concepten en technieken die zich bewezen hebben. De woningcorporatie heeft vanwege haar werken binnen de maatschappelijke context een belangrijke verantwoordelijkheid als het gaat om het begrip ‘woonlasten’. Niet alleen de huur en de direct daarmee samenhangende servicelasten, maar meer en meer zullen de energiekosten een factor van belang worden. Daarnaast kan ook de woningcorporatie een actieve bijdrage leveren aan de afspraken die zijn gemaakt om de broeikassen terug te dringen in het kader van het Klimaatverdrag als opvolger van het Kyotoverdrag. Het getekende convenant om de woningvoorraad binnen enkele jaren naar “label B” te brengen is een grote uitdaging.
Inmiddels is in een aantal projecten goede ervaring opgedaan met duurzame concepten waarbij warmtepompen zijn toegepast. In tegenstelling tot de eerste projecten waarbij zowel de collectieve als de individuele systemen in eigendom waren genomen door een energiebedrijf, blijkt nu de voorkeur uit te gaan om het eigendom van deze installaties elders onder te brengen. Zelfs de woningcorporatie komt hierbij in beeld.
Koeling
Nieuwe ontwikkelingen in de woningbouw vragen de aandacht. Een goed voorbeeld is de behoefte aan koelen.
Vanwege de eisen in het bouwbesluit en het steeds beter bouwen (isolatie, kierdichting en keuze van het glas) zal de warmte die zich in een woning of gebouw ontwikkelt niet meer vanzelf oplossen. Sinds de aanscherping van de EPC is hiervoor aandacht gekomen. Bij een verdere verlaging van de EPC zal koeling als volwaardige factor om een waardering vragen en effect hebben op de EPC. Kiezen voor één of meerdere airco’s levert een uitermate slechte EPC op en zal daarom geen reële optie zijn. Ervaring heeft geleerd dat nieuwere technieken voor het verwarmen van gebouwen en woningen tevens voorzien in een mogelijkheid van zogeheten “vrije koeling”. Met behulp van temperatuur uit de bodem kan op een hele kosteneffectieve wijze vrijwel gratis de koelvraag worden ingevuld. Zowel bij utiliteitsprojecten zoals scholen, kantoren, zorg, bedrijfsgebouwen als in de woningbouw is inmiddels veel ervaring opgedaan. Nog te weinig wordt rekenschap gegeven dat men tegenwoordig in een geklimatiseerde omgeving werkt, de auto is voorzien van een airco…hoelang zal het nog duren dat men geen te warme zomerdagen en nachten accepteert. Bij verkoop kan het aspect “koeling” een extra impuls geven en de woning of het gebouw op voorsprong zetten.
Te veel lijkt het dat gemeenten en de woningcorporaties zich geen rekenschap geven dat de eerder genoemde warmtelast-ontwikkeling (warmteopbouw in het gebouw of de woning) niet tot problemen zal leiden. De ervaring leert dat, in een kantoor, bij een buitentemperatuur van 13°C de behoefte aan koeling zich aandient. In de woningbouw blijkt dit zich bij 15°C voor te doen. Een betere bouwwijze (bouwfysisch) eist een oplossing voor de opgebouwde warmte. Het bodemsysteem dat in de wintermaanden nodig is voor verwarmen kan in de zomermaanden het koelen verzorgen. Een ander zeer belangrijk punt in de hedendaagse bouwstroom is het ventileren. De balansventilatie staat daarbij onder druk en is onderwerp van discussie. Een reëel alternatief zou kunnen zijn het “vraag gestuurd” gaan ventileren waarbij het gehalte CO2 in de woning wordt gemeten en bij het bereiken van een kritische grens het systeem zal activeren. Zeer energiebewust en comfortabel.

VVE en CPO

Nota Bene: VvE = Vereniging van Eigenaren en CPO = Collectief Opdrachtgeverschap. De VvE heeft in de Nederlandse woningbouw een specifieke eigen rol.
De gemeenschappelijke interesse om naast een goed comfort, zorg te dragen voor betaalbare woonlasten brengt samenhorigheid te weeg. Veelal is een VvE ontstaan uit de behoefte van een doelgroep om de kwaliteit te borgen en de woonlasten onder controle te houden.
In de bestaande bouw (waarbij vrijwel in alle gevallen bij appartementen en geclusterde bouw een VvE is opgericht) komt het tegenwoordig meer en meer voor dat het gezamenlijk belang wordt onderkend. Het overheidsbeleid staat toe dat doelgroepen met initiatieven komen om gezamenlijk een woonplan te ontwikkelen. Voorbeelden hiervan zijn seniorenwoningen waarbij comfort, veiligheid en/of gemeenschappelijke interesses een rol spelen. Ook zijn voorbeelden te noemen waarbij de opvang van kinderen belangrijk is.
De VvE zal vanwege haar gezamenlijke belang veel moeten communiceren en de verleiding is daarbij groot om terug te vallen op bekende concepten en technieken die zich bewezen hebben. De VvE zou daarentegen ook een actieve bijdrage kunnen leveren aan een meer energiezuinig-concept of duurzaam waarbij een bijdrage kan worden geleverd in het kader van het Klimaatverdrag als opvolging op Kyoto.
Inmiddels is bij een aantal projecten goede ervaring opgedaan met duurzame concepten waarbij warmtepompen en/of zonnecollectoren zijn toegepast. Ook wind en zonnepanelen voor stroomopwekking kunnen interessant zijn. In tegenstelling tot de eerste projecten waarbij zowel de collectieve als de individuele systemen in eigendom waren genomen door een energiebedrijf, blijkt nu de voorkeur uit te gaan om het eigendom van deze installaties elders onder te brengen. Ook de VvE komt hierbij inmiddels in beeld.
Nieuwe ontwikkelingen in de woningbouw vragen de aandacht.
Koeling
Een goed voorbeeld is de behoefte aan koelen. Vanwege de eisen in het bouwbesluit en het steeds beter bouwen (isolatie, kierdichting en keuze van het glas) zal de warmte die zich in een woning of gebouw ontwikkelt niet meer vanzelf oplossen. Sinds de aanscherping van de EPC is hiervoor aandacht gekomen. Bij een verdere verlaging van de EPC zal koeling als volwaardige factor om een waardering vragen en effect hebben op de EPC. Kiezen voor één of meerdere airco’s levert een uitermate slechte EPC op en zal daarom geen reële optie zijn. Ervaring heeft geleerd dat nieuwere technieken voor het verwarmen van gebouwen en woningen tevens voorzien in een mogelijkheid van zogeheten ‘vrije koeling’. Zo kan bijvoorbeeld met behulp van temperatuur uit de bodem op  kosteneffectieve wijze vrijwel gratis de koelvraag worden ingevuld. Zowel bij utiliteitsprojecten zoals scholen, kantoren, zorg, bedrijfsgebouwen als in de woningbouw is inmiddels veel ervaring opgedaan. Nog te weinig wordt rekenschap gegeven dat men tegenwoordig in een geklimatiseerde omgeving werkt, de auto is voorzien van een airco…hoelang zal het nog duren dat men geen te warme zomerdagen en nachten accepteert. Bij verkoop kan het aspect ‘koeling’ een extra impuls geven en de woning of het gebouw op voorsprong zetten.
Te veel lijkt het dat gemeenten en de VvE zich geen rekenschap geven dat de eerder genoemde warmtelast-ontwikkeling (warmteopbouw in het gebouw of de woning) niet tot problemen zal leiden. De ervaring leert dat, in een kantoor, bij een buitentemperatuur van 13°C de behoefte aan koeling zich aandient. In de woningbouw blijkt dit zich bij 15°C voor te doen. Een betere bouwwijze (bouwfysisch) eist een oplossing voor de opgebouwde warmte. Het bodemsysteem dat in de wintermaanden nodig is voor verwarmen kan in de zomermaanden het koelen verzorgen.
Ventilatie
Een ander zeer belangrijk punt in de hedendaagse bouwstroom is het ventileren. De balansventilatie staat daarbij onder druk en is onderwerp van discussie. Een reëel alternatief zou kunnen zijn het “vraag gestuurd” gaan ventileren waarbij het gehalte CO2 in de woning wordt gemeten en bij het bereiken van een kritische grens het systeem zal activeren. Zeer energiebewust en comfortabel.

Woningbouw

We staan pas aan het begin van ontwikkelingen waarvan nog niet een ieder zich het belang realiseert. De milieubelasting van producten wordt de komende jaren ‘hot’. De schaarste aan grondstoffen laat zich is snel tempo ‘voelen’.

Cradle to Cradle
De aanleg van een ‘nationale database bouwproducten’, waarin de milieubelasting op een objectieve wijze wordt vastgelegd, is in volle gang. Per product wordt een breed scala milieueffecten in cijfers vastgelegd. Gekozen is voor de aanpak waarbij het gebruik en de ecologische aantasting van land niet wordt meegenomen, ondanks het feit dat zij in bepaalde gevallen wél een invloed hebben. Ook kapitaalgoederen worden buitenbeschouwing gelaten. Dit kan leiden tot discussie zoals het niet mee laten wegen van de vrachtwagen die nodig is voor transport maar wel de dieselolie. Zo ook de discussie rond het gebruik van staal. In Nederland wordt 95% hergebruikt -een prachtig percentage- echter in de toepassing dekt dit slechts 12% van de totale vraag, de rest komt van elders. Veelal geproduceerd zonder rekening te houden met duurzaamheid. In het algemeen geldt hoe lichter het product, des te minder de milieubelasting. Kalkzandsteen en cellenbeton behoren tot de betere steenachtige bouwproducten. Hergebruik en recyclen krijgen daarbij steeds meer aandacht. Het punt ligt nu wel achter ons dat producent en afnemer zich afvragen wat prevaleert: economie of ecologie. Ergens moet een evenwicht worden gevonden. Het is realistisch te onderkennen dat het in de huidige bouwpraktijk nog niet mogelijk is een gebouw te realiseren dat het milieu op geen enkele wijze belast. Technisch is het wel mogelijk Een gebouw zo energiezuinig te naken dat de restbehoefte volledig duurzaam kan worden opgewekt, nul-energie dus. Daarmee is 80% van de milieubelasting afgedekt. De overige 20% is materiaal- en een fractie waterverbruik. Kiezen voor stro of leemachtige producten, als nagroeibare materialen zou een oplossing kunnen zijn naar een nul situatie.

Utiliteit

Kantoren, bedrijfsruimten, schoolgebouwen, zorg- en verpleeginrichtingen, detailhandel, winkelcentra, sportinstellingen, etcetera. Kiezen voor duurzaam en energie efficiënt? …of op een andere wijze energie(-kosten) besparen? Nieuwbouwplannen of een grote verbouwing? Als een bouwvergunning nodig is, moet tevens een energieberekening (EPC ofwel vanaf medio 2011 een EPG) worden ingediend. Een goed moment om na te gaan of het niet zuiniger kan, of dat wat meer ambitie wellicht beter past in het MVO-beleid (Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen) dat u wilt voeren. VIBA-Expo is er om voor u na te gaan wat reële opties zijn. Haalbaar en betaalbaar met een optimaal comfort en met een betere score voor wat betreft de CO2-uitstoot. Ook tussentijds kan het geen kwaad om te kijken of het energieverbruik niet kan verminderen. Daarbij kan het gaan om verlichting, verwarmen en koelen maar ook ventileren en wellicht een betere energiemeter of inkoopcontract. De energielasten stijgen jaarlijks en de ervaring leert dat op een eenvoudige wijze, tegen interessante terugverdientijden, energie valt te besparen. VIBA-Expo brengt voor u de mogelijkheden in kaart en helpt u op weg.
Overige bouw
Uitgangspunt bij een besluit voor nieuwbouw of een grote renovatie is veelal het kiezen voor duurzaam bouwen gebaseerd op software pakketten zoals GPR, GreenCalc of BREEAM.NL met als energietoets de “Trias Energetica”. Met behulp van deze softwarepakketten kunt u inzicht krijgen in de ecologische footprint van het gebouw. EPC en EPG Elk type gebouw of woning heeft een basisnorm (EPC) (Energie Prestatie Coëfficiënt) waaraan het gebouw en de installaties op energetisch gebied moeten voldoen. Van belang daarbij zijn de kwaliteit van de bouwfysica of gebouwschil (isolatie, glassoort en de mate waarin kierdicht is gebouwd), maar ook de toe te passen techniek voor verwarmen en ventileren en indien van toepassing de wijze van koelen. Hoe lager de EPC en per medio 2011 de EPG (Energie Prestatie Gebouw) hoe zuiniger het gebouw zal zijn en hoe lager de exploitatielasten en de uitstoot van CO2 kunnen worden. Tot 40% zuiniger verwarmen ten opzichte van een gasgestookte CV en vrijwel gratis kunnen koelen! Met nieuwere technieken zoals de elektrische warmtepomp met bodemsysteem kan dit worden bereikt. Deze technieken worden al vele tientallen jaren in de Scandinavische landen maar ook in Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland toegepast. Het is goed om te weten dat bij verbranding van 1 m³ aardgas 1,78 kg CO2 vrij komt. Per werkplek ligt het verbruik globaal op 300 m³ aardgas. Per 10 medewerkers bedraagt dan de emissie ca. 5.340 kg CO2en 1 boom breekt per jaar slechts ca. 20 kg CO2 af. Dit is goed om te weten in de discussie rondom het MVO. Kiezen voor een elektrische warmtepomp is kiezen voor een emissieloze wijze van verwarmen en koelen op locatie en in combinatie met een groene-stroomcontract geheel zonder uitstoot. Het concept biedt zelfs de gelegenheid deels of geheel uw eigen energie op te wekken met behulp van kleine binnenstedelijke windturbines of zonnepanelen. Grote stappen op weg naar de norm die gaat gelden in 2020.

Enkele kernpunten op een rij

– optimaal duurzaam gebouwconcept;
– integraal bouwen (optimaal samenwerken van alle betrokken bouwpartners);
– verlaging van de EPC/EPG (niveau van 0,7 of lager. De norm 2011 is voor kantoren 1.1);
– lagere exploitatielasten;
– mogelijkheden van groene financiering;
– mogelijkheden van outsourcen/uitbesteden van de klimaatinstallatie;
– bouwkostenbesparing.
 In ons service-instituut leert u meer over de voordelen van onder meer de juiste wijze van verlichten, of warmtepompen voor verwarmen en koelen. Samen met u kan worden bepaald welk energieconcept voor u het meest profijtelijk is. Bijzondere aandacht vergt het ‘outsourcen’ van de techniekinstallaties. Het wordt daarbij mogelijk de gebruikende partij te betrekken bij het investeren in duurzame technieken. Deze partij geniet het voordeel van lagere energiekosten gekoppeld aan veelal meer comfort. Subsidie en Groene financiering is in veel gevallen mogelijk.